Eén keer in de twee weken neemt Suzanne mijn plek in voor haar mode column ‘A Touch Of Fashion’. Vandaag is het weer zo ver en kun je genieten van Suzanne’s schrijfkunsten en gevoel voor mode.
First of all: I’m back! En, voor degenen die het nog niet begrepen hadden, IK BEN GESLAAGD! Tegen alle verwachtingen, angsten en stress in, heb ik het uiteindelijk –met twee vijven, dat wel- gewoon gered. Omdat ik weet dat ik via dit ‘platform’ heel veel mensen bereik: nog maar een keer heel erg bedankt voor alle felicitaties en meelevende reacties van jullie allemaal! Écht, ze hebben enorm geholpen om de moed erin te houden.
Toen ik een paar maanden geleden deze column schreef, zei ik jullie dat ik een A Touch Of Fashion-pauze zou nemen van één of twee ‘keer’. Het spijt mij dat die pauze iets langer heeft geduurd. Vooral omdat ik en Vera (gelukkig!) steeds meer vragen kregen: ‘Komt Suzanne niet meer terug?’, ‘Waar blijft A Touch Of Fashion nou?’. Dames, het probleem lag voornamelijk in mijn karakter verscholen: als ik iets beloof, wil ik het ook doen. En laat ik jullie nou een spetterende fashion give-away (rember?) beloofd hebben! De winactie heeft een vertraging opgelopen waar de NS ‘U’ tegen zegt, vandaar dat ik besloten heb het schrijven gewoon weer op te pakken, maar niet zonder alsnog te beloven dat, op een dag, jíj, híer, kunt lezen dat ik mijn comeback wil vieren met een leuke traktatie!
Deze column heet echter niet voor niets fashionlover gone guilty… Ik heb namelijk iets op te biechten. Iets waar ik heel eerlijk en oprecht ook echt mee zit. Als fashionlover, nota bene fysiek (mentaal is een ander verhaal…) verblijvende in Arnhem, ben ik niet naar de Arnhemse Mode Biënnale 2011 geweest. Nog geen entree, nog niet de kleinste tentoonstelling, show, lezing, nog niet het gekste paar schoenen. He-le-maal niets heb ik gezien. En eigenlijk toch ook weer alles, want gelukkig heb ik een hoop ‘bloglega’s’ die wél het halve land afreisden voor dit evenement. Helaas, zoals sommigen van jullie misschien wel weten, gisteren was mijn allerlaatste kans, dus vandaag mag ik me echt en officieel schuldig voelen.
Uit ervaring weet ik dat er nog een hoop mensen zijn die geen idee hebben wat de Mode Biënnale precies inhoudt. Dit is hoe de organisatoren het zelf omschrijven:
“Arnhem Mode Biënnale eert haar muze door iedere twee jaar een wereldwijd uniek evenement te organiseren dat op inspirerende en informerende wijze de status quo van de internationale mode(-vormgeving) toont.”
In de praktijk betekent deze ‘mode-maand’ in dé modestad van Nederland tentoonstellingen, lezingen, modeshows, metamorfoses en andere fashionable kunstzinnigheid. En bij dat laatste woord wringt nou net de schoen…
Ik ben dan jong, toch geen tien jaar meer, en wil hier echt niet gaan verkondigen dat kunst nutteloos is en ik er niets van begrijp. Maar ik was eigenlijk juist heel erg blij dat ik het vak nét heb afgesloten. Laat ik maar heel eerlijk zijn: ik denk dat ik met mijn zeventien jaar, én karakter, met kunst gewoon nog niet goed uit de voeten kan. Als controlfreak met licht autistische trekjes moet alles voor mij concreet, helder en duidelijk zijn. En als iets dat niet is, is het natuurlijk kunst wel. Waarbij interpretatie ten slotte het keyword is. Vandaar dat ik, aan iedereen die het horen wil, regelmatig mondig verkondig dat ik meer van de commerciële kant van mode ben, en dat de kunstacademie daarom waarschijnlijk ook niets voor mij. Ik bedoel: ik heb in mijn hele leven nog geen schetsje van een jurkje gemaakt.
Maar goed, niet alleen kunst is niet zo concreet… de stichting Arnhem Mode Biënnale onderscheidt zich ook niet in een sublieme vorm van duidelijkheid. Hoewel ik toch echt inwoner van deze stad ben, lijkt de Mode Biënnale wel zo exclusief te willen blijven als de schoenen die ze laten zien, en wist ik halverwege de maand juni pas wáár in Arnhem het vooral allemaal was te doen. Dát het te doen was, stond overal. Maar ja, dát de Oscars zijn, weet ook iedereen. Om maar even een flauwe vergelijking te gebruiken.
Natuurlijk, in de Gelderlander staat het hele programma (niet dat ik ooit een krant in mijn handen heb, maar toch…), en Internet moet mij toch ook niet vreemd zijn: helemaal gelijk in. Bij deze neem ik dan ook alle schuld op mij, want als net geslaagde VWO-leerling, die druk bezig is haar toekomst verder uit te stippelen in dit vakgebied, is het alleen theoretisch denkbaar om zo’n evenement compleet aan je neus voorbij te laten gaan. Waarom dan toch?
Laat ik maar heel eerlijk zijn: de Mode Biënnale spreekt mij niet aan. Nogmaals, met extra nadruk, heb ik geen recht van spreken om enige kritiek op dit evenement te hebben. Dat zou tenslotte te hypocriet voor woorden zijn. Maar dat het me niet aanspreekt, dat is toch wel geoorloofd?
Om te beginnen word ik, als kleur liefhebber, niet bijster enthousiast van het strakke, zwart/witte logo. Al is dit, natuurlijk, maar een detail. Toch ben ik er voor om, als je Nederland wat meer op wilt voeden op modegebied, te beginnen bij de jeugd. Dus gooi een lekker kleurtje over ‘Amber’ en ga midden op ‘de Korenmarkt’ staan. Maar nee, de Biënnale was verspreid over heel Arnhem, en de hoofdtentoonstelling op het ‘Akzo terrein’ – wat mij persoonlijk meteen aan mannetjes met koffertjes deed denken.
En oké, mijn ontwijkgedrag voor de Biënnale komt stiekem ook nog ergens anders vandaan. Twee jaar geleden was ik namelijk wél van de partij en zelfs vrijwilligster voor het evenement. Nét aan het bloggen en nét aan het snuffelen aan het ‘echte’ mode-begrip, stond ik als 15-jarig meisje in de zinderende hitte bij één van de huisjes die deel uitmaakten van de hoofdtentoonstelling. Toen nog wel in het centrum.
Terwijl ik zaterdagochtend me nog de longen uit mijn lijf liep om de kleren weer enigszins op de hangers te hangen bij de C&A, ging ik na afloop –zonder lunch, rond 13:00- linea recta naar de markt om me in te zetten voor mijn grote passie totdat de zon weer onder ging. Als stank voor dank kreeg ik verwaande opmerkingen over dat mijn jurkje wel erg kort was (het was 35 graden maar à la, het zal wel…) en durfde ik die middag alleen nog maar met mijn achterkant tegen de muur te staan. Ik voelde me als jonkie een beetje weggekeken en niet serieus genomen, op een paar hele lieve mensen na natuurlijk.
Drie dagen later was mijn proefwerkweek begonnen, maar ook daar liet ik me niet door tegen houden: op een dinsdag middag met dezelfde hitte, plús noodweer – er was geen kip- stond ik weer voor mijn huisje, maar had ik ditmaal wel mijn leerboek meegenomen. Los van dat ik graag mijn jaar wilde halen, was dat ook het enige waar de tijd mee door te komen viel. Helaas viel dit niet in goede aarde en werd mijn toets maatschappijleer dan ook geen beister succes.
Toch had ik weer moeten gaan dit jaar, en vind ik het jammer dat ik niet geweest ben. Als ik goed wil worden in dit vakgebied moet ik weten wat er speelt, contacten leggen en ervaring opdoen. Ook als iets me wat minder aanspreekt. Pas daarna mag ik zeuren over de kleurtjes van het ‘Amber’ logo.
dankjewel en vind ik ook leuk :D
[Beantwoorden]